Dordtse kajak- en kanovereniging Dajaks
actueel
vereniging
opleidingen/cursussen
toertochten
tochtplanning
techniek
werkzaam in de Biesbosch
inleiding
de sluiswachter
de gids en de herder
de journalist
de prostituee
de boswachter
de boer
De Biesbosch
contact
aanvragen lidcode
ledenpagina's


zoek met google



facebook icoon twitter icoon
Op bezoek bij een Dordtenaar van de week
Keerwater juni 2009

Het zichzelf uitnodigende redactielid, Elise, is deze Keerwater samen met Piet wederom op bezoek geweest in de zalmkeet. De ons alom bekende zalmkeet, het grijsblauwe huis vlakbij de Ottersluis, wordt bewoond door twee families. De vorige Keerwater is een bezoek gebracht in het, vanaf de Ottersluis komende, achterste deel van de zalmkeet. Deze Keerwater is het, vanaf de Ottersluis komende, het voorste deel van de zalmkeet bezocht. Hier woont het echtpaar Helen Stroosma en Wim van Wijk.



Al wachtende bij de brandweersteiger, ik te vroeg en Piet stipt op tijd, vraag ik mij af, zou ik hier willen wonen? Na een drukke werkdag, voelt de omgeving uitermate goed aan. De koekoek zingt zijn/haar lied op de achtergrond. Ganzen vliegen al gakkend omhoog. Een roofvogel laat zich door de wind voortbewegen. In de polder, in een waterig ondergaand zonnetje, grazen de koeien. De planten wuiven in de wind. Het water stroomt zichtbaar richting het Wantij. Mijn spieren ontspannen zich en de gedachten over wat ik de volgende dag moet doen, vloeien uit mijn hoofd. De serene rust van de Biesbosch dringt zich in alle poriën van mij lijf.

Al denkende aan wat ik al weet [1] over de te bezoeken familie denk ik gelijk: zonder auto wil ik hier niet wonen. Door weer en wind en voor alles en nog wat iedere keer de Provinciale weg heen en weer fietsen spreekt mij niet direct aan. Echter in huize Stroosma / Van Wijk is het gebruik van gemotoriseerde voertuigen niet vanzelfsprekend daar het een nadelig effect heeft op het leefklimaat van mens, dier en plant. Al jong was Wim zich hiervan bewust en nimmer is dan ook een poging ondernomen om een rijbewijs te behalen. Helen heeft in een grijs verleden wel haar rijbewijs gehaald echter tot frequent autorijden is het nooit gekomen. Gezien de ligging van hun huis en de leeftijd (beiden zijn geen twintig meer) wordt door Helen wel eens aan het nemen van een paar rijlessen gedacht. Of het echtpaar ooit echt een auto koopt, is voor mij een vraag. Het heeft toch zijn charme dat het leven voor een deel door het weer wordt bepaald. Bij mooi weer is het zonde om de Biesbosch te verlaten en bij lelijk weer is het te ver fietsen. Daarnaast fietst Helen inmiddels vijftien jaar iedere dag naar het centrum of ‘slechts’ naar Dubbeldam. Wim geboren en getogen in de zalmkeet weet niet beter.

De familie Van Wijk woont al vier generaties in de Biesbosch. Een voorvader van Wim is vanwege de zalmvisserij in de Biesbosch neergestreken. Overgrootvader en opa Van Wijk zijn als zetbaas op de zalmvisserij werkzaam geweest. Zetbaas daar de eigenaren, een twintig- tot dertigtal rijke stadse heren, het daadwerkelijke werk graag aan anderen overlieten. De zetbaas woonde het gehele jaar bij het bedrijf in het woongedeelte van de zalmkeet (het achterste deel vanaf de Ottersluis). In de tijd dat de opa en oma van Wim nog in het achterste deel van de zalmkeet woonden, zijn de ouders van Wim, zodra de kans zich voordeed, in het voorste deel van de zalmkeet gaan wonen. Vijftien jaar geleden, bij het vertrek van zijn ouders, kregen Helen en Wim de mogelijkheid om de zalmkeet te betrekken. Voor Wim was het min of meer voor de hand liggend om naar het ouderlijk huis c.q. de Biesbosch terug te keren. Gelukkig was het voor Helen het verlaten van de Dordtse binnenstad geen probleem. Qua wonen zijn er voor Helen twee mogelijkheden, midden in een centrum van een stad of in de natuur.

De verhuizing heeft bij Helen indruk achtergelaten. Helen weet nog steeds dat op eerste paasdag is verhuisd. Gelukkig voor het echtpaar is na de jaren tachtig verhuisd. Rond deze tijd is de weg van de dijk naar de sluis aangelegd zodat ambulances bij de sluis kunnen komen. Het handmatig verhuizen heeft zich daardoor ‘beperkt’ vanaf de sluis tot aan de zalmkeet. Het voetpad over de sluis is niet al te breed en aan beide kanten voorzien van een hekwerk. Met een kar, die exact tussen het hekwerk van het voetpad past, is de kleinere huisraad verhuisd. De grotere huisraad is zonder hulpmiddelen vervoerd en naar ik mij voorstel daar waar nodig boven het hekwerk getild.

Bij het vervangen van de huisraad maken Helen en Wim graag gebruik van bedrijven die aangeven: “Wij leveren tot aan de voordeur.” Gezien de woonplaats controleert het echtpaar voor alle zekerheid of het bedrijf het echt meent. Het gemiddelde bedrijf is aangenaam verrast bij het afleveren. Het sjouwen vanaf de sluis is niet de verrassing, wel de schoonheid van de omgeving.

Generatiekloven uiten zich soms op een prachtige wijze. Vader Van Wijk heeft in zijn tijd de rotte houten zijmuur laten vervangen door een stenen muur. Passend bij het jaren zestig tijdsbeeld werd de stenen muur voorzien van grote doorzonwoning ramen. In de ogen van zoon Wim waren beide ongepast. Wim en Helen hebben bij het betrekken van de zalmkeet de stenen muur weer verwijderd en het huis in de oorspronkelijke stijl teruggebracht. Op dezelfde zijmuur [2] is een beeld van twee in elkaar gestrengelde zalmen bevestigd. Het originele beeld stond op de nok van het huis.

De natuur in de Biesbosch leeft zijn eigen leven en soms is dat als bewoner ongewenst. Aan de achterkant van het huis is een prachtig uitzicht op de rivier. Echter tussen het huis en de rivier ligt een rietveld. Om het rietgors niet dicht te laten groeien met andere vegetatie, zoals bomen en struiken, is het van belang om het riet te snijden. Samen met een echte rietsnijder (Jan de Koning) snijdt Wim elke winter het riet. Het huis heeft een eigen kreek naar de rivier. Om het dichtslibben van de kreek tegen te gaan, wordt het uiteinde van de kreek regelmatig met de hand uitgebaggerd. Dezelfde kreek wordt gebruikt om met de oogstrelende houten Canadees in de Biesbosch te gaan varen. Bij het varen worden de afgesloten natuurgebieden vermeden daar ook een handbewogen vaartuig de natuur verstoort.

Net zoals bij zijn voorouders brengt, na wat omzwervingen onder andere als bell boy bij de Holland America lijn en als leraar aardrijkskunde, de Biesbosch brood op de tafel. Bij iedere actiegroep waaraan Wim deelnam, werd Wim de taak van persvoorlichter toebedeeld. Het regelmatige schrijven over de acties, heeft ertoe geleid dat Wim is gevraagd om als journalist te gaan werken. Na voor kranten gewerkt te hebben, waaronder Het Vrije Volk en de NRC werkt Wim nu voor verschillende opdrachtgevers zoals het ministerie van Verkeer en Waterstaat, de nieuwsbrief voor het Nationaal Park De Biesbosch (de Ratelaar), de gemeente Dordrecht, het stadsarchief en Staatsbosbeheer. Naast het werk als journalist schrijft Wim onder andere boeken over de Biesbosch. Wim heeft een enorme kennis van de Biesbosch, hoe kan het ook anders. Het laatste boek van zijn hand is acht mei uitgekomen en heet Het Biesbosch boek [3]. Het is een divers boek waar naast de bekende onderwerpen planten, dieren en historie ook minder standaard onderwerpen zijn beschreven. Ooit van de voorwerpen moordenaar en bakjeslat gehoord?

In het boek, bij het onderdeel bewoners, is te lezen dat er steeds minder mensen in de Biesbosch wonen. Vanwege de plannen om het water meer ruimte te geven zijn de laatste tien jaar veel huizen en boerderijen afgebroken. Tevens is te lezen dat de meeste bewoners van de Biesbosch werken in de Biesbosch. Kortom, mijn dagdromen over wonen in de Biesbosch kunnen daarmee mijmeringen blijven.


[1] De stem van het Weekend, 1 mei 2009, Dordtenaar van de week
[2] Vanaf de Ottersluis rechtsaf de Kikvorschkil invaren en bij de zalmkeet omhoog kijken
[3] Het Biesbosch boek, Wim van Wijk, Waanders Uitgevers, Zwolle, ISBN 978-90-400-8582-6, €14,95